UITWERKING

Hoe gaan jullie te werk?

De opdracht is opgesplitst in vijf delen. Je voert de opdracht uit door te starten bij punt 1 en te eindigen bij punt 5.

    1)Schrijf in korte punten voor jezelf op wat er in je opkomt als je aan concentratiekampen denkt.
    Dit hoeven jullie niet volledig uit te schrijven. Het hoeft niet ingediend te worden en kan dus in telegramstijl.

    2)Lees de onderstaande vragen en beantwoord ze daar waar je kan.
    Vragen die je niet kan beantwoorden of waar je aan de volledigheid van je antwoord twijfelt, ga je opzoeken via het internet. In het volgende luik, Bronnen, vind je een aantal internetadressen die verplicht te lezen zijn. De andere adressen zijn facultatief. Je kan ze bezoeken om een duidelijker antwoord te krijgen op een bepaalde vraag, gewoon uit interesse, of om een nog breder beeld van deze problematiek te krijgen.

      Vragen:

      -Wat is het verschil tussen een concentratiekamp en een uitroeiings- of een vernietigingskamp?

      -Wie (welke bevolkingsgroepen) zaten er in concentratiekampen en uitroeiingskampen?

      -Wat was het doel of het nut van de concentratiekampen?

      -Hoe leefden de gevangenen binnenin de kampen? In welke omstandigheden leefden ze?

      -Werkten ze?

      -Was er een verschil tussen mannen en vrouwen? Wat gebeurde er met de kinderen?

    3)Lees het lied 'Buchenwaldlied' en de bijhorende informatie en het gedicht van Wolfgang Borchert ?Aus den Lesebuchgeschichten?.
    Jullie vinden bij deze teksten ook een korte woordenschatlijst die de moeilijkste woorden in het gedicht en het lied verklaren of vertalen.

    4)Interpreteer de gedichten gebruik makend van de informatie die jullie op het internet gelezen hebben i.v.m. Buchenwald en/of andere concentratiekampen.
    Beschrijf kort wat er in het gedicht of lied beschreven wordt, welke sfeer het uitademt,?
    Geef ook kort je mening over beide teksten. Misschien heb je een voorkeur voor één bepaalde tekst?

      -Je schrijft een vloeiende tekst die niet langer mag zijn dan één bladzijde en die je op de afgesproken datum indient.

    5)Geef kort je mening over deze oefening. Laat me weten of jullie deze oefening nuttig vonden.
    Denk ook eens na over de volgende vragen:

      -Heeft de gelezen informatie op het internet bijgedragen tot een ander idee over concentratiekampen?

      -Was je beeld van 'het concentratiekamp' juist? Keer eens terug naar je notities bij punt 1 en noteer voor jezelf de grootste verschillen tussen wat je toen dacht en wat je nu weet.

      Van waar (welke bronnen: televisie, video, film, verhalen van familieleden, andere ?) kende je het fenomeen concentratiekamp? Waar haalde je je informatie? Kan je hieruit iets afleiden afgaande op de antwoorden die je op de vorige vragen gaf?

      Ik verwacht hier van jullie een gefundeerd antwoord. Toon dat jullie hebben nagedacht over deze oefening en over de bovengestelde vragen!

      Ook hier schrijf je een vloeiende tekst die je samen met de tekst uit punt 4 afgeeft. Jullie antwoorden zullen een uitgangspunt voor een klassikaal gesprek zijn dat later zal volgen.