Een klein meisje dat een Jappenkamp overleefdeTrudy Ponsen uit Gorinchem was nog maar een klein meisje, toen ze in 1942 in een Jappenkamp belandde. Ze raakte ernstig ondervoed en leed aan besmettelijke ziektes als difterie en dysenterie. “Toen ik uit het kamp kwam woog ik nog maar 25 kilo. Drie jaar lang geen melk, geen boter, geen kaas, geen verse groenten. Het was een wonder dat ik al m’n tanden nog had.’ Trudy is in 1933 geboren, op Sumatra. Vader werkte voor de Rubber Cultuur Maatschappij Amsterdam. ‘Samen met m’n vader, moeder en twee oudere zussen woonden we in de rimboe. Ik had helemaal geen vriendjes of vriendinnetjes om mee te spelen. Ik was meestal alleen met m’n moeder.’ Met haar vader kon ze het goed vinden. ‘Hij was ’s morgens al heel vroeg uit bed. Dan ging de radio en luisterde hij naar het nieuws. Ik moest stil zijn. Dan zat ik op z’n schoot. Ik rook de scheerzeep in z’n nek. Heerlijk vond ik dat.’ In de rimboe waren geen scholen. ‘M’n moeder heeft geprobeerd om mij in die jaren lezen en schrijven te leren. Ze was ongeduldig en vond dat ik het niet goed oppikte: ‘het kind is te stom om voor de duvel te dansen’, zei ze dan. Dat staat me nog bij.’ Japanners ‘We zijn met de auto van Noord-Sumatra naar het zuidelijkste puntje van het eiland gereden. Daar hebben we een week over gedaan. We zijn overgevaren naar Surabaja en doorgereisd naar Malang. Daar zijn we door de Jappen geïnterneerd. We mochten de stad niet meer uit. We werden met zes of zeven families in één huis gepropt. M’n moeder en ik kregen difterie. Bij mij werd dat een heel lelijke wond. Er is een uitstrijkje gemaakt in het ziekenhuis. Aan de buitendeur werd een groot plakkaat opgehangen: quarantaine. De Jappen waren enorm bang voor verdere besmetting.’ Kampleven De Jappen waren onberekenbaar. ‘Dan kregen ze het weer eens in hun hoofd en dan trokken we weer verder. Waarheen of wat de bedoeling was? Daar had je geen idee van. Om zes uur stond je met de koffertje op het plein en dan moesten we te voet naar het andere kamp. En dat tafereel heeft zich nog een paar keer herhaald. De behuizing werd steeds krapper. We kregen twee keer per dag een pollepel stijfselpap. Het smaakte naar niks, het rook naar niks. Je at het omdat je op die manier toch iets warms binnenkreeg. Daarnaast gaven ze je nog een paar keer per dag een pollepel rijstebrijsoep. Het leek op een soort aardappel. De Jappen gooiden er van alles in.’ Eenzaam Beertje Later werden de kampbewoners overgebracht naar Hutila, een klooster ‘Daar zaten we in een kamp met hele grote zalen met marmeren vloeren. We hadden het gewoon koud. Er waren geen wc’s. Er stroomde een bergbeekje langs. In feite was het een open riool, bloedlink gewoon. M’n zus was toen vijftien. Die mocht het kamp uit, met nog een heleboel jonge meiden. Ze moesten stenen sjouwen bij de rivier.” Eendenei Op 15 september ging uiteindelijk de poort open. ‘We werden op het plein geroepen. Toen werd duidelijk dat de oorlog voorbij was. We mochten het kamp uit, maar we merkten al snel dat het nog niet veilig was. Er werd op ons geschoten door de mannen van Soekarno. Die hadden al die munitiedepots van de Japanners ontdekt. Niemand durfde het kamp uit. Pas na drie maanden zijn we met behulp van Brits-Indische soldaten weg kunnen komen. Ze brachten ons met vrachtwagens naar Samarang. Van het Rode Kruis hoorden we dat mijn vader niet meer leefde.’ Eindelijk bevrijd Moeder Ponsen had inmiddels bericht gehad van haar broer, dat de familie welkom was in Amsterdam. Trudy: ‘Op 24 april zijn we vertrokken met de boot Nieuw Holland. De bootreis duurde zes weken. Mooi was dat, vooral het stukje door het Suezkanaal. In Ataka heeft het Rode Kruis ons gewogen. Op 25 mei voeren we het Noordzeekanaal binnen. Het was een prachtige dag. Voor het eerst zag ik koeien in de wei. Die kende ik helemaal niet, alleen kabouwen.’ Overtoom Ze mocht na een tijdje naar de vijfde klas. ‘Ik snapte helemaal niks van de lesstof. Uiteindelijk is het met heel veel bijles toch nog goed gekomen en ben ik toch nog op de HBS terechtgekomen.’ RIAGG (Bron: http://dickaanen.nl/trudy-ponsen-en-het-leven-in-een-jappenkamp/) |