Verwerking

 

Jullie krijgen allebei een rol.

Eén van jullie speelt dat hij/ zij een handicap* heeft.

v     Blinde of slechtziende

v     Iemand in een rolstoel

v     Dove of slechthorende

v     Iemand met een stok

v     Iemand op krukken

v     Of andere mensen met een handicap

 

 

De ander speelt de begeleider of helper. Dit kan een vriendin, vriend, buurjongen, buurmeisje of gewoon een klasgenootje zijn. Stellen jullie je eens voor dat jullie samen gaan winkelen. Zou het gemakkelijk zijn om winkels binnen te komen? Zou iedereen aardig zijn en normaal met jullie omgaan? Hoe zou het winkelen verlopen? Dit gaan jullie met zijn tweeën onderzoeken. Het is de bedoeling dat jullie een aantal winkels gaan bezoeken (samen met je meester of juf en de rest van de klas) en gaan kijken hoe het gesteld is met de toegankelijkheid van de winkels in jullie dorp/stad. Met toegankelijkheid wordt bedoeld of je gemakkelijk een winkel binnen kan komen, of je er goed kunt lopen/rijden, of mensen goed omgaan met gehandicapten en zijn of haar begeleider. Voordat je naar de winkel gaat moet je natuurlijk eerst kijken waar je op gaat letten, jullie moeten dus eerst een beoordelingsformulier maken.

 

 

 

Verwerkingsopdracht 1: beoordelingsformulier

Jullie gaan nu een beoordelingsformulier maken. Kies nu eerst een rol: wie wordt de gehandicapte en wie de begeleider (je kunt ook omwisselen van rol)! Okay, dit hebben jullie nu afgesproken. De gehandicapte met zijn begeleider overleggen op welke handicap jullie de toegankelijkheid van de winkels gaan beoordelen, want als je in een rolstoel zit moet je op heel andere punten letten dan als je blind bent. Nu moeten jullie punten bedenken waar jullie op gaan letten als je een winkel binnenkomen, als jullie er rondrijden, enz. Kijk ook eens bij de informatiebronnen. Hier staan verschillende internetsites (natuur zonder drempels & rolstoelweb), hieruit kun jullie allerlei punten halen waar jullie op moet letten in verschillende winkels.

 

Maak nu jullie beoordelingsformulier, vraag aan jullie juf of meester of jullie dit beoordelingsformulier moet maken in Word, Excel of op papier.

Denk bij het maken van je beoordelingsformulier aan:

(doe jullie dit met kruisjes, woorden of ja/nee).

Print het gemaakte beoordelingsformulier uit of zorg dat jullie de formulieren af hebt als jullie op bezoek gaat bij de winkels. Jullie moeten 5-8 winkels bezoeken dus jullie moet ook 5-8 beoordelingsformulieren maken. Zo heb jullie voor iedere winkel apart genoteerd hoe de toegankelijkheid is.

 

 

Verwerkingsopdracht 2: toegankelijkheid van de winkels bekijken.

Je meester of juf verteld jullie wanneer jullie op bezoek gaan bij verschillende winkels. Zorg dat jullie je beoordelingsformulieren af hebben voordat jullie de winkels gaan bekijken. Neem mee: pen, potlood, gum, beoordelingsformulieren en een schrijfplank. Bekijk de winkels met jullie zelfgemaakte beoordelingsformulier geef hierop aan hoe de toegankelijkheid is van de winkel.

 

 

Verwerkingsopdracht 3: het eindoordeel.

Na het beoordelen van de winkels schrijven jullie een kort verslag in Word of een ander tekstverwerkingsprogramma. Geef elke winkel een beoordeling je kunt kiezen uit: slecht, matig, voldoende of goed. Vertel bij elke winkel wat ze erg goed hebben gedaan en wat ze nog kunnen veranderen (deze beoordeling geeft jullie juf of meester ook aan de winkeliers).

 

 

Verwerkingsopdracht 4: bespreken in de klas.

Vertel (in het kort) samen (om en om één winkel) wat jullie vonden van de toegankelijkheid van de verschillende winkels. Vergelijk jullie antwoorden met de andere kinderen bij jullie uit de klas. Valt jullie iets op? Waar zou dit door komen?

 

 

 

 

 

 

* Weet je niet precies wat een woord betekend, kijk dan in het woordenboek bij jou in de klas. Ook kun je bij infobronnen kijken klik daar op woordenboek.

 

 

 

 

naar begin

 

meer webkwesties op:

www.webkwestie.nl